PVV, BBB, VVD en NSC: de toekomst van de kinderopvang

De PVV, BBB, VVD en NSC voeren besprekingen over de vorming van een kabinet. Het is de vraag wat deze samenwerking voor gevolgen heeft voor de kinderopvang. Onderstaand een verwachting op basis van de standpunten bij de verkiezingsprogramma’s.

De plannen voor de gratis kinderopvang zullen in ieder geval niet doorgaan. De kinderopvang moet wel betaalbaar zijn, maar dan wel met een bijdrage van de ouders. Daarbij mogelijk voorrang voor o.a. werkenden bij het gebruik maken van de kinderopvang.

De samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs moet verbeterd worden en hindernissen moet opgeheven worden. Zo wordt bij onderwijshuisvesting vaak niet nagedacht over ruimtes voor de kinderopvang en zijn de gebruiksovereenkomsten vaak voor 1 jaar en niet voor een langere periode waardoor investeren moeizaam is

Over hoe de belangrijkste problemen in de kinderopvang moeten worden aangepakt, heerst een grote stilte. Er worden geen oplossingen genoemd over de aanpak van het personeelstekort, de schijnzelfstandige zzp’ers of het gebrek aan locaties. Of hoe een groep kinderen bereikt kan worden die zeer gebaat is met opvang, bijvoorbeeld voor de voorschoolse educatie (VE).

Onderstaand een samenvatting van de standpunten.   

PVV

Gevraagd naar de beste politieke partij voor de kinderopvang eindigde de PVV als tweede. Vrij bijzonder omdat de PVV (net als de FvD) vrij consequent al jaren niet lijkt te beschikken over een standpunt over de kinderopvang. Zeker niet in de verkiezingsprogramma’s. Ook bij commissievergaderingen over de kinderopvang is de PVV zelden te betrappen op het hebben van een standpunt.

BBB

De BBB kwam als vierde uit de bus bij de vraag welke politieke partij het beste is voor de kinderopvang. Het standpunt over de kinderopvang bij de BBB is zeer algemeen en zeer beperkt. Zo moet onderwijs & kinderopvang kwalitatief goed én goed bereikbaar zijn. Er moet een stelsel voor de kinderopvang komen met beperkte eigen bijdrage. Dan wel voor een bepaalde groep, namelijk de mensen die een bijdrage levert in loondienst, als ondernemer of als vrijwilliger of mantelzorger.

Dit impliceert dat kinderopvang bij de BBB niet gericht is op noodzaak voor de kinderen, zoals bij Voorschoolse educatie.  Ook bij commissievergaderingen over de kinderopvang is de PVV zelden te betrappen op het hebben van een duidelijk standpunt.

VVD

De VVD kwam als winnaar uit de bus, tenminste bij de vraag naar de beste politieke partij voor de kinderopvang. In de loop der jaren is er niet altijd een eenduidige lijn geweest in het standpunt van de VVD over kinderopvang. De VVD wil dat kinderopvang en basisonderwijs beter gaan samenwerken en hindernissen worden opgelost bij de samenwerking. De kinderopvang moet goedkoper, maar dan vooral voor de werkenden, die moeten ook voorrang krijgen bij de opvangcapaciteit. Het kinderopvangtoeslagstelsel moet aangepast/vervangen worden. Ook komt er een slimme prijsregulering om de kosten beperkt te houden. Wat dit inhoudt is nog een groot geheim.

NSC

De NSC eindigde als zesde in de lijst met beste politieke partijen voor de kinderopvang. Alhoewel de partij nieuw is, was Pieter Omtzigt natuurlijk wel al lang bezig met het kinderopvangtoeslag schandaal. Maar dat is wel anders dan de kinderopvangsector zelf. Van de partijen op deze pagina heeft de NSC wel het meest uitgebreide en duidelijk omschreven standpunt over de kinderopvang.

In ieder geval geen gratis kinderopvang, worden de instellingen gefinancierd in plaats van de ouders, wordt de rol van private equity en buitenlandse ondernemingen onderzocht en aan banden gelegd. Goede kinderopvang wordt als belangrijk beschouwd, zowel voor de kinderen als voor de arbeidsmarkt. De samenwerking met scholen moet beter en makkelijker.