Bij een KDV is er een vaste-gezichten criterium. Dit betekent dat er minimaal 1 vast gezicht aanwezig moet zijn in de groep van het kind. Het kind ziet zo minimaal 1 vertrouwd gezicht.
Hierbij is de norm voor baby’s (nuljarigen) 2 vaste gezichten, bij een beroepskracht-kindratio van 1 of 2. Bij een beroepskracht-kindratio van 3 of meer is de norm voor baby’s maximaal 3 vaste gezichten.
Een vast gezicht is voor een baby belangrijk, omdat het sociaal-emotionele veiligheid aan een baby biedt. Het maximumaantal vaste gezichten en welke pedagogisch medewerkers dat zijn, wordt bepaald per kind, niet op groepsniveau.