Controle in de kinderopvang
De GGD speelt een belangrijke rol in het waarborgen van de kwaliteit en veiligheid binnen de kinderopvang in Nederland. Kinderopvanglocaties, zoals kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang (BSO) en gastouderopvang, worden regelmatig geïnspecteerd door de GGD om te controleren of ze aan de wettelijke eisen voldoen. Maar hoe vaak voert de GGD deze inspecties uit?
Jaarlijkse inspectie voor locaties kinderopvang
In de meeste gevallen bezoekt de GGD de circa 17.000 kinderopvanglocaties minimaal één keer per jaar. Deze jaarlijkse inspectie is wettelijk verplicht voor locaties die een kinderopvanglocatie hebben. Tijdens dit bezoek controleert de GGD onder andere op veiligheid, hygiëne, pedagogische kwaliteit, en de juiste kwalificaties van het personeel.
Extra bezoeken en risicogebaseerde Inspecties
Naast de jaarlijkse inspectie kan de GGD extra bezoeken afleggen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij een klacht of wanneer er aanwijzingen zijn dat de kwaliteit of veiligheid op een locatie mogelijk niet aan de normen voldoet. Deze inspecties worden risicogebaseerd genoemd en kunnen plaatsvinden bij elke opvanglocatie, maar ook specifiek bij locaties die eerder niet volledig aan de eisen voldeden.
Gastouderopvang en bezoeken
Bij gastouderopvang vindt de GGD-inspectie meestal minder frequent plaats dan bij grotere locaties zoals kinderdagverblijven en BSO’s. De GGD controleert nieuwe gastouderlocaties, maar daarna vinden inspecties doorgaans steekproefsgewijs plaats of op basis van signalen. In tegenstelling tot kinderopvangcentra is een jaarlijks bezoek hier niet standaard. Er zijn wel plannen om de toezicht op gastouderopvang te verhogen
Herinspecties na overtredingen
Wanneer een kinderopvanglocatie tijdens een inspectie niet voldoet aan de gestelde eisen, kan de GGD een herinspectie uitvoeren. Dit herbezoek is gericht op het controleren of de locatie de benodigde verbeteringen heeft doorgevoerd.
De Gemeente en landelijke Regels
De inspecties door de GGD vallen onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten, die toezien op de naleving van de Wet Kinderopvang. De frequentie en intensiteit van de inspecties worden deels bepaald door landelijke wetgeving en beleidsregels, maar er kan ook enige variatie bestaan per gemeente.
Vergelijk met basisonderwijs
Kinderopvang en basisonderwijs hebben de nodige raakvlakken, toch zijn er grote verschillen. In Nederland bezoekt de GGD de 17.000 locaties kinderopvanglocaties in de regel jaarlijks, met extra inspecties op basis van risicobeoordeling of bij klachten. Deze controles zorgen ervoor dat de kwaliteit en veiligheid binnen de kinderopvang gewaarborgd blijven, wat bijdraagt aan een veilige en gezonde omgeving voor kinderen. Hoewel je zou mochten vewachten dat voor het basisonderwijs minimaal dezelfde eisen zouden gelden is dan zeker niet het geval. De ruim 6.100 basisscholen zouden één per 4 jaar bezocht door de Inspectie van Onderwijs moeten worden, maar uit recent onderzoek van de NOS is gebleken dat zelfs dit niet gehaald wordt.